Art 24
Licht versus donker, ideaal versus probleem
RUBRIEK: Het Paranormale Geplaatst op maart 2025
![]() Eén van de basisproblemen van de menselijke konditie en geschiedenis, is de twee-spalt tussen hoog ideaal en triviale, wereldse belangen. Dit geeft de strijd tussen het "Hogere" en het Lagere" in hem, waarbij het eerste doorgaans met het "Hemel-se, en het tweede met het "Helse" wordt verbonden. Geprangd tussen de Hemel als een gevallen engel met een onsterfelijke ziel, en de Hel als een geïnkarneerd dier met een sterfelijk lichaam op Aarde, weet hij niet hoe hij daarin het MIDDEN moet vin-den. Voor elke godsdienst ligt de keus van tevoren vast: men moet voor het Hemelse kie-zen, het Hoogste, en de Hel, het Laagste, misprijzen en vermijden. De Hemel moet men nastreven, en het Aardse moet men als "minderwaardig" verketteren. Op zich is er natuurlijk niets op tegen, van de "beste" versie van zichzelf te willen zijn, maar dit idealisme zorgt ervoor dat de mens enorme problemen kent om zijn ware plaats terug te vinden. Is hij die "uitverkoren soort van God" , de zogegde "kroon op de schepping", die zich alle privileges kan veroorloven vanuit zijn bevoordeelde positie? Hij kan daardoor weliswaar denken dat ALLES op Aarde er is VOOR hem, dat hij ver -heven en onaantastbaar boven de Natuur en het Leven op Aarde staat, en zich alles straffeloos te menen kunnen toeëigenen en te gebruiken/misbruiken ongeacht de konsekwenties. Hij is immers "gezegend" en "uitverkoren". Dit manifesteert zich niet alleen in het zich van alles ver-oorloven, maar ook in het moreel ver-oordelen van alles wat zogezegd van "lagere orde" is. Het ideale wordt gesublimeerd tot het "heilige", terwijl het werkelijke dan wordt gedegra-deerd tot het "moreel verwerpelijke". Dit verabsoluteren tot de "goddelijke" of "heilige" staat, maakt iets, een leer, een schrift, een persoon, een gebod, .... ONaan-tastbaar, ONbespreekbaar, ONweerlegbaar. Schijnbaar evenwel, omdat hierbij het perfekte wordt geponeerd als zowel maatstaf als werkelijkheid. Elk IDEALISME neemt zijn ideaal voor realiteit, en snijdt door zijn eenzijdige keus, de ANDERE helft van de werkelijkheid weg. Men is "heilige" OF "zondaar", want er ligt niets tus-senin: het hele scala daartussen bestaat zogezegd niet. Vandaar het ideaal als keurs-lijf vol gedragsregels, en de hypokrisie of schijn-heiligheid als enig "verdedingings-middel" om proberen te verbergen dat men aan dat hoge ideaal NIET kan voldoen. Want de Natuur, het Aardse, het Onderbewuste, het Leven vinden steeds een weg om de WERKELIJKHEID naar boven en naar voren te laten komen: het "lagere" laat zich NIET onderdrukken. ![]() Men praat te gemakkelijk over God en de Hemel. Beschouwt men de mens als een soort "gevallen engel", dan wordt hij in zijn Aards bestaan alleen maar beperkt en opgesloten in een dualistiese wereld, en wordt hem zijn monisme of nondualiteit met zijn glorie aan potenties ontnomen. Deze bewe-ging naar beneden betekent echter: inkarnatie -geboren worden of gebonden worden aan de stof, en onderworpen worden aan de wetten van de Natuur en van het Karma. Door een leven in het hier en nu, met een bepaalde tijd en plaats, kan hij die potenties INVULLEN en UITWERKEN. Een geëxkarneerd bestaan als entiteit of "puur bewustzijn" kent immers geen uitdagingen of beproevingen, alleen een "onein-dige rust" om tot reflektie te komen. Het toevoegen van een externe, materiële bui-tenwereld aan die binnenwereld, kreëert dus niet alleen een dualiteit en aller-hande problemen,maar ook en vooral een LEERSCHOOL om bij te leren. Het "puur bewustzijn" is in rust en "af", terwijl het Aards bestaan een leerproces voor datzelfde bewustzijn is: zijn ONvolmaaktheid en het voortdurend onderhevig zijn aan schom-melingen en veranderingen in de realiteit van een buitenwereld, plaatst het voor de noodzaak om met deze problemen om te gaan, en door een bewustzijnspro-ces terug zoveel mogelijk zijn balans te zoeken en daadwerkelijk te vinden. De LEVENSPRAKTIJK zorgt er dus voor dat men keuzes moet maken in plaats van alle opties open te houden en zo vrijblijvend mogelijk te blijven, waardoor men gekonfronteerd wordt met de gevolgen van zijn keuzes/daden. De bedoeling van dit hele proces van zich beter bewust te worden van oorzaak-en-gevolg van bepaalde patronen, en door daarmee te leren rekening te houden/te voorkomen voor een betere afstelling van zijn balans of evenwicht te zorgen. Men kan zich de vraag stellen: WAAROM worden alle ervaringen en her-inneringen van vorige inkarnaties bij de geboorte gewist? Ook al gebeurt dit niet steeds voor de volle 100%, en blijven er soms bij deze wissin-gen bepaalde stukken of flarden "hangen". Vergelijk dit met het wissen van bestan-den van een komputer: zelfs na de opruiming van de residuen in de "prullenbak" (=het onderbewustzijn), kan men nog bepaalde bestanden terugvinden in de iCloud . Voor de mens zijn dat de Akasha kronieken die in de "hemel" worden bewaard. Het blanco maken van de menselijke geest bij elke weder-geboorte, is een noodzaak om met een "schone lei" te kunnen leren. Dat is de beweging naar boven: eerst moet de mens in de moederbuik het hele evolutie-proces van het leven op Aarde meemaken, om nadien in zijn jeugd het hele evolutie-proces van de soort homo sapiens door te maken.Men kan daarbij de mens beschouwen als een soort "(naakte) omhoog ge-klommen aap", die zich probeert te verheffen boven de aardse kondities waaraan hij is onderworpen. Hij richt zijn (geestes-)oog naar boven nof naar de hemel vanuit een drang om te willen leren, te willen kennen, zich bewust te willen worden. ![]() Een drang naar spiritualiteit -wat is de essentie zijn onsterfelijke kern en de zin van deze "spirit" of geest- die uiteraard niet verkeerd is, maar die echter wel helaas KAN verkeerd lopen. Wanneer loopt het dan verkeerd? Wanneer men de dingen OMKEERT. Dit wil zeggen: wanneer men zijn hemelse opdracht in zijn Aards bestaan legt, en zijn Aardse opdracht in zijn hemels be-staan dropt. Heel gebald samengevat: een geïnkarneerd bestaan dient om van zijn bewustzijn gebruik te maken om bepaalde inzichten te leren, en van zijn Aards be-staan het beste te maken. Een levensPRAKTIJK van werken, denken, kiezen, voelen, ervaren,.....te laten bezinken: het is de LEERSCHOOL voor het bewustzijn. Terwijl een geëxkarneerd bestaan dan weer dient om een levensZIJN van bezinning, medi-tatie, bidden, reflekteren, ..... te laten "uitwaaieren". In de vaste toestand nemen de levensverschijnselen hun meest soliede en duidelijkst gedefinieëerde vorm aan; terwijl in de gasvormige toestand, alle gassen zich vermengen tot een homogeen en ongedifferentieëerd mengsel. In de loop der tijden hebben hele horden Geestelijke Leiders, Spirituele Meesters, Guru's, Verlichte Zieners, Waarzeggers en Helderzienden een glimp van het He-melse opgevangen, en zich hiermee naar de "gewone mensen" belangrijk en onmis-baar gemaakt. Er is echter een groot verschil tussen een streven naar en het claimen als een verworven bezit. Het eerste is een groeiproces cfr het bewustwordings-proces, terwijl het tweede het reeds BEREIKEN ervan pretendeert. Dan vind ik sja-manen stukken meer bescheiden en minder pretentieus: zij bemiddelen gewoon in dat proces en in deze interaktie tussen levende mensen in de inkarnatie-wereld , en entiteiten of "geesten" in de exkarnatie-dimensie. Het op reis of op bezoek gaan in BEIDE werelden, en het omwisselen van de rollen van leraar-leerling -als sjamaan doceert men zowel als gaat men ook (terug) op de leerbanken zitten- verhindert een eenrichtingsverkeer. Een éénrichtingsverkeer dat die "spirituele Leiders" precies kenmerkt: zij GEVEN lessen, maar "ontvangen" er geen (meer). Waarom? Omdat zij zogezegd volleerd, verlicht, "volmaakt",.... ZIJN. Laat ons even recapituleren: waarom is dit de "omgekeerde weg"? Omdat wat in de exkarnatie geldig is, en wat in de inkarnatie geldig is, VERSCHILLEND zijn. Het MONISME is een geldig principe voor de exkarnatie-dimensie waar alles cirkelvor-mig gebald is tot pure energie of bewustzijn, waar er geen struktuur of regels meer bestaan, geen limieten en beperkingen nodig zijn, en alles in zijn omni-potentie ver-tegenwoordigd is. Terwijl in de wereld van het stoffelijk bestaan, een DUALISME heerst, een struktuur noodzakelijk is om de vorm te behouden, regels en limieten vereist zijn om een invulling te kunnen realiseren, en karma de konsekwentie is om de geldigheid van keuzes te checken tov de WEG die men bewandelt. De LEERPRO-CESSEN zijn maw kompleet anders: als entiteit moet men vooral mediteren over zijn staat van ZIJN, door het reflekteren over de essenties en het loslaten van wat dat kan verhinderen. ![]() In zekere zin vangt dit proces al aan wanneer men een ouderling wordt, vooralleer het bij het eigenlijke sterven begint. En zo bekeken, slaan priesters, monniken en geestelijken die zich terugtrekken van de wereldse beslommeringen en aardse hech-tingen, als het ware een paar stadia over, om direkt het leven van ouderlingen te gaan leiden van meditatie, reflektie en dromen. Omgekeerd, vangt het inkarnatie-proces al aan wanneer de geest aan het neerdalen is van de sfeer van pure energie naar die van fijnstoffelijkheid, alvorens die zich koppelt aan het lichaam van een embryo. Hoe we ons dit moeten voorstellen? Als een orb die een plaats en een gezin kiest die hij prefereert om te inkarneren; het begin van KEUZES maken die na zijn geboorte doorloopt als een leidraad om zijn pad te bewandelen. Als entiteit zijn er GEEN uitdagingen om aan te gaan, geen gebeurtenissen om op te reageren, geen keuzes om te nemen. Zo bekeken zijn de modellen van nondualisme die alle gods-diensten voorstaan, ingegeven door een soort nostalgie van en verlangen naar de staat van monisme. Dat is ook de reden waarom er zoveel mensen teveel inkarneren: er staat "hierboven" daar geen limiet of geen verbod op. Maar op de Aarde met zijn BEPERKTE plaats treedt dan wel een soort file-vorming op. Sedert oudsher heeft elke soort een bepaald leefareaal of territorium nodig die de maximale capiciteit van het aantal individuen regelt als een ecologies evenwicht van alle soorten binnen eenzelfde biotoop. Agressie maakt daarbij deel uit van het even-wichtsmechanisme, omdat roofdieren het bestand van prooidieren konstant houden, en het aantal roofdieren konstant blijft doordat nieuwe geen territorium vinden en van honger sterven. Dit geldt OOK voor de mens, die -men vergeet dat veel te gemak-keljk- ook een diersoort is en dus onderworpen is aan deze Natuurwetten: sedert oudsher houden stammen, volkeren, kleine koninkrijken en staten elkaar in even-wicht, en bekampen elkaar aan hun grenzen om hun territorium, middelen, voedsel-voorrraad, rijkdommen en macht intakt te houden. Er heerst in het Ondermaanse dus een strijd om het bestaan, niet alleen als de gekende "survival of the fittest", maar ook en in de eerste plaats als strijd om het bestaan: in leven blijven, overle-ven. Het Aardse bestaan is in alle opzichten niet-vrijblijvend, noch tov de Natuur (men moet ervoor arbeid verrichten), noch tov het Leven ( men moet zich aanpassen aan de realiteit van het hier en nu), noch tov de menselijke gemeenschap (men moet samenwerken en overeen komen). De complexiteit van dit bestaan, vooral wanneer de zwaarte van deze 3 aspekten kumuleren, zorgt ervoor dat men dit stoffelijk be-staan erg belastend en vol problemen kan ervaren, en lijkt de belofte om daarvan verlost te worden -zoals nagenoeg elke godsdienst in het vooruitzicht stelt- tijdens zijn leven of "daarna", een aantrekkelijke "escape". MAAR, daar hangt een "prijs" aan vast die men moet "betalen": afstand nemen van de lichamelijke en zinnelijke genoegens, de sex, het hele scala aan emoties en hech-tingen, relaties en gezin, .....die deze sereniteit zouden kunnen komen belagen of in gevaar brengen. Dat is een erg hypotetiese ruil, omdat men letterlijk en figuurlijk het kind met het badwater weggooit: men ruilt zijn Aardse fase in door al TIJDENS zijn leven tot de exkarnatie-fase over te gaan.Een reeds vermelde "omkering" die erg ingaat TEGEN de natuurlijkeprocessen in, en bovendien vanuit een andere hoek heel problematies is: de weerstand om aan de roep van het Aardse leven en genoegens te kunnen weerstaan. ![]() Want tegelijk is een lichamelijk existeren, waarin VANALLES gebeurt, erg aantrek-kelijk tov de inerte exkarnatie-fase waar nagenoeg NIETS gebeurt. Het is dus ook te begrijpen dat aan de andere kant ook een hele horde entiteiten als gidsen, als bodhi -satva's, als "avatars", als "meesters", als "engelen" staan te drummen om via chan-neling of mediumschap hun boodschap aan de levenden over te brengen. Het geeft hen een "taak" en de sterfelijken geven hen iets wat zij aan die andere kant niet kun-nen krijgen: aandacht en verering. Jammer genoeg zijn de "lessen" of de "leren" die zij onderrichten of overbrengen van weinig betekenis of toepassing voor de wereld van de sterfelijken. Het principe van he MONISME dat heerst in de exkarnatie, is immers niet van toe-passing in de inkarnatie, waar de DUALITEIT heerst, en waar men vanuit de bewust -wording van tegengestelde wegen, juist moet leren om KEUZES te maken tussen het ene of het andere. Een stoffelijk leven is nooit vrijblijvend, maar vraagt om een enga-gement van zijn keuzes. Het is nooit "teoreties" omdat het een invulling vraagt in zijn konkreet leven of levenspraktijk. In de exkarnatie moet men rust zoeken door de eenheid tussen alles en iedereen te ervaren;in de inkarnatie moet men leren OMGAAN met al de verscheidenheid van de wereld, en daarin een balans of het midden te vinden. Voor diegene die zich afvragen waarom ik bij de bovenstaande figuur het Yin-Yang-symbool heb geplaatst: de schaal van groot naar klein loopt op een bepaald moment terug in elkaar, zoals een slang die in zijn eigen staart bijt. Zo wordt de cyclus niet alleen afgerond, maar blijft hij ook oneindige rondjes draaien, doordat ieder einde wordt gevolgd door een nieuw begin. Er is een omslagpunt waar extreem yin in yang overgaat vanuit de koppeling van de dualiteit. Het extreem groot van de dino's werd opgevolgd door kleine zoogdieren. Extreem aktieve periodes leiden tot de nood -zaak van periodes van komplete rust en passiviteit. Hoge temperaturen brengt de nood aan afkoeling, enz..... Gaat men bijvoorbeeld met een raket van de Aarde de ruimte in, dan komt men bij het verlaten van de dampkring of atmosfeer die "baadt" in het (zon)licht, eerst in de blauwe zone van de thermosfeer om uieindelijk in het "zwart" van exosfeer te belanden waar het lucht-ledige van de ruimte heerst. En hiermee is ook onze cirkel van vandaag rond, want het onderscheid tussen "Licht" en "Donker" is eigenlijk arbitrair: een altruïsme gaat uiteindelijk ook in egoïsme over wanneer men er teveel mee wil bewijzen dat men een "goede" of "hogere" mens is. Het teveel aan allerhande geboden en verboden, morele codes en gedragsvoorschrif-ten van godsdiensten om volgens het "Hogere" te handelen, heeft uiteindelijk tot ge-volg dat het "Lagere" wordt gecensureerd en onderdrukt: het lichamelijke, het sexu-ele, het vrouwelijke, het instinkt van het dierlijke, de intuïtie van de levenspool. Dat ook is een terugkerend verhaal die als een rode draad door de geschiedenis loopt, on-geacht in welk kontinent of in welke kultuur het plaats vindt. Het toont aan dat men geen LEER moet aankleven, maar dat men zijn verbinding met de levende reali-teit moet behouden en verzorgen. Een/"de" leer is immers nooit de realiteit dat het beschrijft, maar is een bepaalde INTERPRETATIE ervan, gemaakt door een bepaal-de groep mensen met een bepaalde manier van denken die leefden in een specifieke kultuur en tijd. ![]() |