Art 20 (3)
Het praktiese Taoïsme doorgelicht (2-3)
RUBRIEK: Natuur-Tuin    Geplaatst op 8 mei 2024

Het Taoïsme presenteert zichzelf in verschillende gedaantes en hoedanigheden. Voor een Westerling kan dat verwarrend en komtradiktories lijken, maar veruit de meeste Oosterlingen zien daar geen graten in: wat is je probleem? pik eruit wat je het meest aanspreekt, en laat de rest links liggen. In een restaurant pik je toch één maal-tijd uit het menu? Deze pragmatiese aanpak weerspiegelt zich eveneens inhoudelijk in het Taoïsties/ Chinees denken , waar tot het eind van de 19de eeuw geen echt on-derscheid werd gemaakt tussen "filosofie" en "religie". Pas dan werden er nieuwe "woorden"=Tekens uitgevonden om beide begrippen van elkaar te kunnen onder-scheiden. Bovendien maken de Chinezen ook niet die scherpe distinctie tussen "teo-rie" en "praktijk" zoals de dualisties denkende Westerlingen dat doorgaans plegen te doen. "Denken" hangt altijd samen met "doen" voor de pragmatiese Chinezen: wat zou het nut zijn van gedachten te ontwikkelen, als men die niet zou (kunnen) toe-passen?

En heel zeker niet uit het oog verliezen: het Taoïsme heeft 3000 jaar een geschiede-nis doorlopen doorheen allerlei kulturele en religieuze beïnvloedingen die in zich die 30 eeuwen over het Chinese kontinent hebben verspreid: het Oude Chinese denken met de Yin-Yang-school, het Confucianisme, het Boeddhisme, Shamanisme, Divi-natie en Occultisme, ..... Men kan dus verschillende strekkingen of "scholen" bin-nen dat Taoisme vinden, zoals in Taoism: a Decolonized introduction wordt uitge-legd. Maar ik hou niet van het haastige tempo dat Benebell Wen er op nahoudt. Het Taoïsme als een doctrine dateeert van de Han-dynastie, zo'n 2000 jaar geleden, toen het werd geïstitutionaliseerd. Maar dat is dan wel 1000 jaar later dan de I Tjing en 600 jaar later dan Lao Tzu, waar Westerlingen graag naar teruggrijpen.

Ik zou bijgevolg ook niet wakker liggen WAT het Taoïsme dan eigenlijk is, of het de-bat voeren over wat het "ware" Taoïsme is; dat is verloren energie. Ook verloren energie is het zoeken naar de "juiste" vertalingen van oude geschriften: Chinese Te-kens kunnen immers verschillende betekenissen hebben naargelang de kontext waarin ze worden gebruikt, en laten verschillende interpretaties toe. Eenzelfde tekst levert dus door verschillende auteurs gemaakt verschillende vertalingen op, en ze zijn ALLEN "juist". Mijn wijlen vrouw die Sinologe was, zou daar sprekende voor-beelden van kunnen geven hebben. De konlusie is dus: zoek niet naar de "juiste" ver-taling, maar naar de vertaling die JOU het meest aanspreekt.

The Tao explaned:
Deep insights with Deng Ming Dao
                            Het Tao of Dao (het Hemels aspekt)

Tao betekent: het Pad, de Weg. Niet in de zin van een letterlijke "baan" of straat, maar in de figuurlijke zin "het Levenspad dat men bewandelt", als men het indivi-dueel bekijkt. Bekijkt men het universeel-wat Chinezen graag doen- dan is het de totaliteit van het Leven waarin al die verschillende paden vervat zijn. Men kan dit de Levenstroom, de Levende Energie, of ook nog kortweg het Leven, of de Werkelijk-heid noemen. R.L. Wing noemt het "de manier waarop het universum werkt", want het is duidelijk dat het niét om de louter stoffelijke, materiële werkelijkheid gaat, de biomassa, maar om de energetiese of spirituele werkelijkheid, waarvan de fysieke realiteit de weerslag is in de stoffelijkheid. Het Tao heeft eigenlijk associaties met wat de Native Americans The Great Spirit noemen. De associaties met een meer gepersonifiïeerde God of Allah, ga ik hier niet maken, want die zijn in de loop der eeuwen al teveel misbruikt geworden.

Als Tao het onnoembare of het naamloze is, dan betekent dit heel wat, want één van de basisbeginselen van het Taoisme en de Chinese kultuur in het algemeen is het geloof in True Names (Zhen Ming) en in True Form (Zhen Xing). Als de Tao daaraan "voorafgaat" is het het equivalent van de Oerknal, of de Oerbron van alle leven. En zoals in het myties bijbelverhaal daaruit Adam en Eva ontstonden, ontstonden uit die ongedifferentiëerde Oerenergie Yin en Yang. Priomordiaal kan de Tao dus her-kend worden als de interaktie tussen yin en yang; en kon het beschreven worden in de 81 Tetragrammen van de Tao Te Ching en in de 64 Hexagrammen van de I Tjing.

Gezien zijn ongedefiniëeerdheid en "omnipotentie" kan het Tao op tal van manieren gepraktiseerd worden (zie diagram bovenaan). De gemakkelijkste en toeganke-lijkste manier is deze van het spuiten met quotes of mémé's; wat mij doet denken aan de spreuken van de Bond Zonder Naam, aan de fortune-cookies in Chinese restau-rants, of aan witzwart films met de Chinese detective Charlie Chan. Voor diegenen die liever iets doen, is het beoefenen van Tai Chi of Aikido beter aangewezen om er voeling mee te krijgen. Zelf met 3 munten gooien en de Trigram-van-de-dag opstel-len is een speelse, maar adekwate manier om zicht te krijgen op het samenspel van yin en yang, en op de bruikbaarheid ervan op problemen of vragen waarmee men zit. Voeling krijgen met de wijsheid als inzichten voor zijn denken, is de moeilijkste praktijk, want afhankelijk van zijn eigen bewustzijn en rechterhelft-denken dat denkt in beelden en gestalten.
                                  Wu Wei (het Menselijk aspekt)

Sommige principes lijken bedrieglijk eenvoudig, en Wu wei staat daarin voorop. Let-terlijk vertaald, betekent het niet-doen; maar dit is niet gelijk aan nietSdoen, en het is zeker geen vrijgeleide voor passiviteit: gewoon het water onder de brug laten lo-pen, en vanuit zijn zetel lekker zitten luieren. Het betekent: niet-storend ingrijpen, niet geforceerd of kunstmatig handelen: meegaan mét de Levensstroom of Tao. Go with the flow, zich niét verzetten tegen de natuurlijke gang van zaken. Het is precies daardoor dat DIT handelen een moeiteloos handelen wordt: men wordt als het ware gedragen door de Tao, zoals een surfer gedragen wordt door de kracht van een golf.

Gemakkelijk is dit trouwens niet, noch het surfen, noch het Wu wei. Het steunt im-mers op 2 dingen: het vertrouwen in de stroom, en de behendigheid om zich recht of "staande" te houden. Vertrouwen impliceert een kennis, want vertrouwen zónder kennis, is een blind vertrouwen: men stort zich zomaar in iets onbekends. En ver-trouwen zonder behendigheid is roekeloosheid: men stort zich kompleet onvoorbe-reid in iets. Wu wei is niét die happy end van Disney-films: op het eind komt alles goed. Wat is "goed"? Wu wei heeft associaties met het Boeddhisties principe van be-houd van gelijkmoedigheid: de acceptatie van wat de uitkomst is, "goed" of "slecht". Dit betekent dat men de kontrole opgeeft over het gebeuren, en dat men kan ac-cepteren dat de dingen des levens vaak NIET volgens plan verlopen. De regie op-geven of nog ophouden alles naar zijn hand proberen te zetten, of op alles zijn stempel te willen drukken, gaat een Westerling niet van harte af. Wu wei betekent dus ook geen onverschilligheid (het kan me niet schelen wat er met mij gebeurt), en ook geen vrijblijvendheid, een gebrek aan engagement (het wordt toch niet wat ik wens, dus geef ik er meteen de brui aan).

De behendigheid om te surfen bestaat eruit goed zijn evenwicht te kunnen hou-den. Sommige hoofdlijnen van het Taoisme keren frekwent terug als een rode draad door het verhaal. Uit wat bestaat naar analogie de kunst om zich recht te houden in de woelige Levensstroom met alle gebeurtenissen dat het Tao aanbrengt? Het be-staat uit de kunst om te weten (mentaal vlak), te voelen (gevoelsvlak), in te schatten (oordeelsvlak) of te "luisteren" met zijn intuïtie; naar de tekens en signalen (spiritu-eel vlak) WANNEER men beter niets doet en wanneer men beter handelt; wanneer het best is om te spreken, en wanneer het best om te zwijgen; wanneer het goed is om iets aan te nemen, en wanneer het goed is om het te laten voorbij gaan.
                                      Ziran (het aspekt van de Natuur)

Alweer diezelfde bedrieglijke eenvoud: letterlijk vertaald "het is wat het is". OK, en kunnen we nu naar huis? Als alles vanzelf verloopt, over wat maken we ons dan nog druk? Ziran betekent: uit-zichzelf-zo-zijn of natuurlijkheid of spontaneïteit. Een heleboel lichamelijke funkties gebeuren "vanzelf": adem halen, het hart dat klopt, het eten dat verteerd wordt, de nieren die het bloed zuiveren, in slaap vallen wanneer men moe is, terug wakker worden, cellen die vernieuwd worden, nagels en haar die groeien,..... We moeten daarover niet nadenken, noch inspanningen leveren om ze te laten doorgaan. Meer zelfs, WANNEER men dat probeert te "forceren" dan lukt het juist niet: die vallen NIET onder de wil. In slaap vallen, kan men niet willen; het ge-beurt vanzelf..... Verliefd vallen, dat kan men niet willen; dat overkomt hem. En ook ziekte is niet iets waarvoor men bewust kiest: men valt ziek. Men kan dit niet leiden, proberen te manipuleren, of in een bepaalde richting duwen, want het gebeurt als vanzelfsprekend.

Men zou het ook kunnen parafraseren als: het volgt zijn eigen proces. Uit een eikel groeit een eikelboom en geen kastanje. Natuurprocessen zijn vast geprogram-meerd: dat ze "spontaan" verlopen is dus eigenlijk maar in schijn zo. Als men een bos bekijkt, lijkt oppervlakkig alles zomaar chaoties door elkaar te groeien zonder enige orde. Maar in werkelijkheid heerst er een duidelijke struktuur met etageop-bouw in 4 lagen (bolgewassen en kruipplanten, eenjarigen en vaste planten, struiken en klimplanten, bomen), ecologiese wetmatigheden die de samenhang in het bos vastleggen, en welbepaald cyclussen in opbouw-afbraak en in de tijd (de 4 seizoe-nen of een andere cyclus gezien de plaats op Aarde).

Ook elk levend organisme -plantaardig of dierlijk- volgt zijn eigen groeiproces en levensproces doorheen verschillende stappen of fazen: geboorte (of ontkieming) - juveniele fase - volwassen fase - ouderdomsfase - afsterven. Alhoewel dat proces zich natuurlijk voltrekt -men moets niets "doen" om op te groeien of om oud te wor-den- heeft dat wel de juiste voorwaarden of kondities nodig. Bij planten heeft men soorten die zure grond prefereren, en soorten die graag op alkaliese bodem groeien; soorten die veel zon verkiezen, en andere die juist de schaduw opzoeken; soorten die in de droge savanne kunnen groeien, en andere die moerassen prefere-ren. Het "is" in "zoals het is" wijst dus op een welbepaald scenario waarin die groei zal plaats vinden, en op de voorwaarden dat het nodig heeft om zich te kúnnen ont-vouwen. De kondities kunnen veranderen volgens de Tao, dus er kunnen haperingen in die groei en hindernissen in die ontwikkeling optreden. In hoever men die te bo-ven kan komen, zal afhangen van zijn aanpassingsvermogen en weerbaarheid, positieve eigenschappen van Ziran om schommelingen aan te kunnen.

Op lichamelijk vlak wordt het Ziran-scenario geschreven door de DNA-code; op ener -geties vlak wordt het beschreven door de horoskoop(-code); en op spiritueel vlak ontvouwt het zich als het bewustzijns-proces. Dat laatste volgt ook de stappen en de processen, maar dan op geestelijk vlak.
                  Yin-Yang (het aspekt van het Aards bestaan)

Het koppel Yin-Yang maakt de grote en onbevatbare Levensstroom of Tao zicht-baar en be-grijpbaar. Als complementaire krachten kunnen ze niet zonder elkaar en komen ze steeds in een variabele en veranderlijke kombinatie voor. Verande-ringen die men kan waarnemen en ervaren als grote en kleine cycli.

De kleinste en dus ook snelste cyclus is die van dag en nacht, veroorzaakt door het draaien van de Aarde om haar as in 24 uren. Bij nacht heerst er stilte en duisternis; de dingen zijn in rust: volheid van yin. In onze slaap worden lichaam en psyche ge-reinigd: yin-werking. Om wakker te worden, bij dageraad, moet de "motor" terug opgestart worden: er vindt een oplading van yang plaats. Dat induceert een spanning waardoor de organen terug opgestart worden, wat bij verzwakte of oudere mensen niet zonder gevaar is: mensen wiens lichaam deze oplading niet meer aankan, kun-nen daaraan sterven. Tijdens het verloop van de morgen wordt de tonus van het yang opgevoerd tot een drive, nodig om "in aktie te schieten". Om rond de middag tot volle capaciteit te komen: volheid van yang. Een situatie die men niet te lang mag en kan volhouden, omdat het yin terug zijn aandeel komt opeisen om die eenzijdigheid te kompenseren: de riem moet even af en een rustpauze in de namiddag is noodza-kelijk. Wanneer men die time-out niet neemt en onverdroten in de weer blijft, dan schiet het melkzuur in de spieren en gaan de batterijen plat: men wordt dan genood-zaakt om te stoppen. Bij de avond is de tank sowieso stilaan leeg, en is het tijd voor ont-spanning; men kan nog uitbollen tot men "het heeft gehad" en zo moe is gewor-den, dat men moet slapen: yin neemt het van yang over. Bij nachtdieren en nacht-brakers is de cyclus uiteraard anders.

De cyclus van de Maan door de omwenteling van de Maan rond de Aarde, heb ik reeds in de pagina hiervoor behandeld. De grootste en traagste cyclus is dan weer die van een jaar: de tijd die de Aarde nodig heeft om haar omwenteling rond de Zon te maken. Met zijn vier seizoenen of jaargetijden in Noordelijk en Zuidelijk halfrond. Het verloop van yin en yang is volkomen analoog: de winter korrespondeert met de nacht en is yin; de zomer korrespondeert met de middag en is yang; en in de twee tussenseizoenen vindt een omkering plaats. In de lente van yin naar yang: de natuur "ontwaakt" (!). En in de herfst van yang naar yin: de natuur "gaat slapen" (bomen verliezen hun bladeren, dieren zoeken een winterslaapplaats op). Hoe meer men naar de polen trekt, hoe extremer dit wordt doorgetrokken tot slechts twee seizoenen met plotse overgang: zomer met dag, en winter met nacht. Hoe meer men naar de evenaar trekt, hoe meer de overgangen gelijkmatig worden: dag en nacht gelijk ver-deeld, droog en nat gelijkmatig verdeeld (moesson-gebieden). Zowel op de polen (extreme vrieskoude) als op de evenaar (tropiese hitte) gelden extreem yin/yang.
                                                Eindevaluatie

Al bij al slaagt het Taoisme erin om op een bevredigende wijze het volledige wereld- en levensverhaal te vertellen, en op een coherente wijze antwoorden te geven op de vragen -van filosofiese tot praktiese- die men zich kan stellen. Het staat -voor zover ik daar een cijfer op zou willen en kunnen plakken- aan de top: 70%. Samen met de oude, zogenaamde "primitieve" denksystemen zoals die van de Native American, de Austaliese Aboriginals, de Kelten, het Sjamanisme en de Astrologie doorheen de ver-schillende kulturen, samen met het Boeddhisme dat de begrippen karma en mede-dogen heeft geïntroduceerd, en het modernere Holisme en de Bewustzijnsleren.

Dan volgt het grote peleton met verklaringsmodellen die slechts de helft van de rea-liteit beschrijven en behandelen (50%): de grote moneïstiese religies, de wetenschap, het socialisme, het idealisme. Gevolgd door de achterhoede van "gebuisden" omdat ze slechts een fractie -40%- van het grote realiteitsverhaal vertellen: de religieuze sekten, het anarchisme, het kommunisme, het kapitalisme en het non-dualisme. Over dit laatste nog een kleine uitweiding: het kán dan misschien trendy ogen door zijn mengeling van Taoistiese principes, religieuze invloeden en Zen-paradoxen, maar het hangt als los zand aan elkaar. Wie beweert dat "zijn bewustzijn de werke-lijkheid kreëert en dus alles wat men ervaart de weerspiegeling is van wat er zich in zijn geest afspeelt", gaat zelfs de gevaarlijke weg van wanen op. Als er zoiets als een (buiten)wereld niet (meer) zou bestaan, dan stelt men zich op als iemand in een psy-chose, die wat er zich afspeelt in zijn binnenwereld (emoties, gedachten, geluiden,....) situeert in de buitenwereld, omdat hij niet meer in staat is die objektief waar te ne-men. In zekere zin het tegenovergestelde van autisme dat door een overdaad aan objektiviteit en buitenwereld, moeilijk subjektiviteit en binnenwereld kan plaatsen.

Misschien vraag je je af waarom ik het Taoïsme slechts 70% geef; waarom geen 90%, grote onderscheiding? Daarvoor ontbeert het nog een antwoord op 3 facetten:
1/ het begrip karma. Het Taoïsme beschrijft mooi de dynamiek of de schommeling tussen polariteiten. Maar wat er dan precies gebeurt wanneer men NIET de terug-koppeling volgt om in balans te komen, daar is het erg onduidelijk over. Groot onheil en ondergang zijn tegelijk zwaar beladen, tegelijk erg onduidelijke begrippen. Het Oosters aspekt zit vervat in het NIET direkt ingrijpen wanneer iets verkeerd loopt; dit is evenwel een erg zwak punt want spekuleren dat korrektie dan "vanzelf" komt, opent de deur voor willekeur en het ontkennen van elk gezag (astrologies: Saturnus).
2/het begrip agressie. Yang, ja zelfs extreem yang houdt niet per se agressie in. Maar agressie is een vast en essentiëel onderdeel van een Aards bestaan: eten om te blijven leven, houdt STEEDS een agressie tegen andere levensvormen in, ook al zijn die plantaardig. En de Natuur zelf kent diezelfde agressie met haar branden, haar tsunamies en tyfoons, haar vulkaanuitbarstingen en haar overstromingen.
3/het begrip bewustzijn. Dit kan men het Taoïsme moeilijk aanwrijven gezien zijn ontstaan eeuwen geleden vóór het ontstaan van de psychologie en de geestesweten-schappen. Maar de bloemrijke omschrijvingen en beeldspraak kunnen niet verber-gen dat het Tao ook als bewustzijnsstroom beschrijven, een station te ver is.

Eindevaluatie: het Taoïsme is en blijft een zeer waardevolle bron van inzichten en bruikbare toepassingen, maar het heeft wel een up-date nodig naar modernere verhalen waarbij hedendaagse bevindingen worden geïnkorporeerd. Anders riskeert het te blijven hangen aan het verleden, en gereduceeerd te worden tot een verzame-ling exotiese quotes, zoals de papiertjes in de fortune-koekjes in een Chinees restau-rant. Grote woorden en hoog beladen intenties maken dan van de oude zegswijzen holle en vrijblijvende tirades, in plaats van tot bruikbare kennis te worden toegepast voor het alledaags leven en zijn problemen.