Art 21 (1)
Het moderne Taoisme 2.0 (deel 1)
RUBRIEK: Natuur-Tuin    Geplaatst op 3 augustus 2024

Elke filosofie moet trouw blijven aan haar roots; voor het Taoïsme dat duizenden ja-ren geleden is geëvolueerd via verschillende scholen, strekkingen en belangrijke his-toriese figuren en denkers, ligt dit ingebed in de Chinese kultuur zelf. Voor een Wes-terling is dat altijd een beetje "onwennig" vooral wanneer hij die taal niet kan lezen of spreken. Aan de ene kant moet een filosofie niet elitair zijn, dus niet voorbehou-den blijven voor erudiete sinologen die redetwisten over wat de exakte vertaling is van één bepaald Chinees karakter in een tekst. Het gaat immers om de INHOUD of de betekenis van die tekst. Aan de andere kant moet het Taoïsme ook niet geredu-ceerd worden tot een soort junkfood door al die gepopulariseerde versies van Wester -lingen die er hun eigen, verwaterde en oppervlakkige versie van menen te moeten geven. Om haar integriteit en slagkracht te behouden, moet het Taoïsme weliswaar aangepast worden aan de inzichten die in twee millennia geschiedenis ondertussen zijn ontdekt geworden, ZONDER haar eigenheid aan te tasten of te doen verliezen.

Geen gemakkelijke opgave dus. Aan de ene kant moet men de hoofdstukken van de Tao Te Tjing blijven beschouwen als inspiratieve teksten waarover men moet medi-teren: niet zomaar naar "binnen" slokken en debiteren als een soort 10 Geboden -in realiteit 81- van het Taoïsme. Neen, men moet ze langzaam mentaal kauwen en zorg-vuldig beetje bij beetje assimileren. Aan de andere kant moet men ze dan wel verta-len -inhoudelijk dan- naar situaties en problemen van nu, in plaats van 3000 jaar ge-leden. Velen zullen erg gekant zijn tegen aanpassingen of "uitbreidingen" uit vrees dat het Taoisme dan haar eigen karakter zou verliezen, en blijven liever vasthouden aan de gekende traditie. Maar het Taoïsme zelf beschrijft de realiteit en de wereld precies als onderhevig aan een voortdurend proces van verandering; zodoende geldt dit ook voor haarzelf. Men kan trouwens argumenteren dat dit in de loop van 3000 tot 2000 jaar geleden ook ettelijke keren daadwerkelijk is gebeurd.

Eigenlijk zijn er vier oude teksten die als oerbronnen van het Taoïsme in aanmerking komen.

De eerste is de I Tjing of het Boek der Veranderingen dat behoorde tot de 'Vijf Klas-sieken", met zijn 64 hexagrammen tussen yin en yang. Het werd niet alleen ge-bruikt als "wijsheidsboek" maar ook als "orakelboek": het bevat de methode om met behulp van duizendblad-stengels of met munten te voorspellen wat men op zijn le-venspad zou krijgen, en met kommentaar welke houding daar het best voor in te ne-men. Er is ook de School van Yin-Yang of van de "Chinese Naturalisten" geweest die de begrippen van yin en yang en de Vijf Elementen voor het eerst mooi heeft op kaart gezet; de belangrijkste figuur ervan was Zou Yan. Deze "tak" werd vrij snel op-geslorpt door de magies-alchemistiese riching van het Taoïsme of geïnkorporeerd in de uitwerking van de Traditionele Chinese geneeskunde (TCM).

En dan zijn er de geschriften van de 3 boegbeelden van het Taoïsme, in chronologie-se volgorde: Liezi, Zhuangzi en Laozi.
De meest bekende is Lao Tzu met zijn Tao Te Ching; het feit dat hij nadien in China werd "vergoddelijkt" in het religieuze Taoïsme tot "Hemelse Meester" zal daar wel voor veel tussen zitten. Loazi is de meest "mystieke" en "meditatieve" van de 3 , en legt de nadruk op eenwording met de Tao, zuivere leegte (als voorwaarde voor innerlijke rust), het archaïese "zo boven, zo beneden" (als sociaal-politieke implika-tie), "het handelen zonder ergens naar te streven" als wu wei met als symbool daar-van het water. Het is de ook heden ten dage de meest geciteerde auteur in allerhande (te pas of te onpas) gebruikte quotes, zodat velen hem als de belichaming zien van het Taoïsme en de fout begaan het Taoïsme alleen met zijn uitspraken alleen te iden-tificeren. Loazi op zijn buffel is natuurlijk een beeld dat tot de verbeelding spreekt.

De Liezi wordt als de meest toegankelijke Taoïstiese tekst beschouwd: het bevat veel allegoriese verhalen en parabels over het leven en behandelt allerlei thema's. Het kernbegrip is Ziran -de spontaniteit of ongekunsteldheid: zich bevrijden van door de buitenwereld opgelegde denksystemen om op een natuurlijke manier te kunnen leven. Liezi staat voor een meer "menselijke" houding tov de wereld door de nadruk te leggen op het kultiveren van innerlijke deugd en wijsheid, eerder dan de wereldse problemen te ontvluchten door onthechting en ontkoppeling. Door te leren in een diepere verbinding en harmonie met de natuur te staan, worden we geleid door ons innerlijk kompas en krijgt ons leven meer doel en betekenis.

Zhuangzi was de meest poëtiese en radicale van de 3: zeer zeker anti-conformisties, scepties, nihilisties en soms zelfs anarchisties, neemt hij het Confucianisme, de vorm -kultus en de offerreligie op de korrel. Hij kant zich tegen het denken in categoriën en systemen, en opteert voor een simpel leven ver van overheid en status. Het liefst ging hij met zijn leerlingen op zwerftocht, zich onderhoudend met mensen van aller-lei rangen en standen. Zijn geschriften bestaan parabels, mythen, metaforen en para-doxen waarin hij op humoristiese wijze niet alleen met taal maar ook met begrippen zelf "speelt". Vandaar ook dat men associaties met het Zenboeddhisme legt. Hij daagt in ieder geval uit om te denken buiten de kaders, en zaait verwarring met zijn gewaag -de vergelijkingen en abrupte gedachtesprongen. Het meest bekende fragment is de Vlinderdroom: wanneer hij, na gedroomd te hebben een vlinder te zijn, bij het ont -waken niet meer "weet" of hij een mens was die droomde een vlinder te zijn, of een vlinder die droomde dat hij een mens was.

Tijdens mijn moderatorschap bij een site over Taoïsme op Facebook, werd het mij duidelijk hoeveel verkeerde opvattingen en voorstellingen over Taoïsme er bestaan bij mensen die er nochtans in "geïnteresseerd" zijn. Voor een deel komt dit door de mentale gemakzucht van mensen, die gewoon zijn van in een supermarkt zomaar van alles uit te pikken naar eigen voorkeur; het is een facet van de konsumptiemaat-schappij die precies daarop de nadruk legt om de verkoop aan te zwengelen. Daarom denkt de mens dat hij op het spiritueel vlak net hetzelfde kan doen: hij gaat shop-pen bij de verschillende -ismen -de "afdelingen" van het spiritueel warenhuis- en pikt eruit wat hem "zint" of konveneert. Heel wat Westerlingen voelen zich aldus aan -getrokken tot het Taoïsme om de verkeerde redenen: ze projecteren er hun verlan-gen naar meer ongebreidelde vrijheid, naar minder inspanningen en naar minder zelfdiscipline in. Er wordt daardoor zo ontzettend veel ONZIN en prietpraat in zoge-naamde mémé's en one-liners geventileerd dat als "taoïsme" wordt verkocht door de eerste de beste, onder het mom dat men volgens Taoïsme "geen fouten" zou kunnen maken. Populisme ten top: ALLES is gepermiteerd. Zelfdiscipline en respekt voor gezag zijn echter dermate in de Chinese kultuur "ingebakken", dat die als van-zelfsprekend worden bevonden, en dus niet als een punt van de leer moeten vermeld worden. Het AARDE-principe zal alleen zijdelings als kommentaar worden aange-sneden, als bvb "Praten is goedkoop; het is het doen dat telt" in het beoefenen van één of andere discipline. Of als de voorkeur voor eenvoud en nederigheid. Om een lang verhaal kort te maken: om aan al die "self-service" een einde te maken, is het noodzakelijk om dit verzwegen Aarde-aspekt dat nochtans als een rode draad door de Taoïstiese teksten loopt, als een afzonderlijk principe eindelijk zichtbaar in kaart te brengen.

Eigenlijk vind ik dat ook volkomen in resonantie met het Taoïsme: de Chinese kul-tuur onderkent vijf (Oosterse) Elementen, dus klopt het in analogie daarmee dat er ook vijf Taoïstiese principes zouden zijn, 5 pilaren: Tao, Yin-Yang, Ziran, Wu Wei en ..... Volledigheid. Het laat ook toe van de andere principes beter te "omvatten" als een gestalt ipv als afzonderlijke "definities". Ik leg dit uit: het Chinees, als schrift, als kultuur, als denken, is vooral het produkt van het rechter-hersenhelft-denken. De Chinese karakters zijn totaalbeelden, die naargelang hun context andere "bete-kenissen" kunnen krijgen. De Westerse talen zijn eerder linkerhersenhelft gericht: als vast gedefiniëerde woorden waarmee men als puzzelstukken analyties zinnen maakt. Het Chinees denken zal daardoor minder geneigd zijn om syntheses te ge-ven, gezien een karakter AL een "synthese" (totaal-beeld) op zichzelf is (vanzelf!!). De oude teksten ilustreren dan eerder met verhalen, situaties of gesprekken deze "voor zichzelf sprekende" algemene principes. Wat het rationeel-systematies denken dus voor het Taoïsme kan doen, is van deze 5 principes beter in kaart te zetten. Niét het Taoïsme "herschrijven" om het beter toegankelijk te maken voor de rationeel denkende Westerlingen, want het wordt zo al genoeg "in stukken getrokken" daar-door. Maar om te helpen van binnenuit de 5 Taoïstiese principes beter te omschrij -ven in hun verschillende aspekten en nuances. Met resekt voor hun origine, hen een nieuw élan geven door hen hanteerbaarder te maken voor het moderne denken.
                            Het Tao of Dao (het Hemels aspekt)

Chapter 1 of Tetragram 1 van de Tao Te Ching is zowat de meest geciteerde tekst van het Taoïsme. Maar gezien zijn hermetisme, is het ook de slechtst begrepen. Eerste veel gemaakte fout: men maakt het verschil niet tussen letterlijk en figuurlijk. Men neemt de "boodschap" om over het begrip Tao niet te spreken immers te letterlijk op, en durft het daardoor niet aan er iets zinnigs over te zeggen, tenzij de hele chapter 1 gewoon na te debiteren. De onbespreekbaarheid die hiervan het gevolg is, heeft het begrip daardoor nog verder in de mist van mysterie gehuld. Resultaat: niemand durft het aan om het begrip te "verkennen"; de klok van Tao bleef daardoor 2000 jaar ge-leden stilstaan.

Ik blijf echter herhalen dat Tetragram 1 over yang-yang-yang-yang gaat. Het is het scheppingsverhaal van hoe uit het Niets het Alles is ontstaan: de Big Bang, de bron of het ontstaan van het leven, de wereld en de werkelijkheid. De levensvonk die bij de geboorte de levenskracht of Chi geeft , en bij de dood weer doet uitdoven. Tao is de Levensstroom, de ultieme en hoogste werkelijkheid dat alle leven voedt en vernietigt. Het stelt de mens voor de opdracht om zijn pad te bewandelen in over-eenstemming met deze Levensstroom, zonder zijn EIGEN kern daarbij uit het oog te verliezen. Zijn eigen autenticiteit bewaren en ontplooien, wordt in de psychologie zelfrealisatie genoemd. Passief is dat zeker niet, want men moet het "Lot" niet on-dergaan, maar ZELF zijn koers uitstippelen met het kompas dat men heeft; zijn in-tuïtie. Men heeft zijn zelf dat in verbinding staat met die oerbron, en zijn bewust -zijn om dit te "begrijpen" als inzichten. Waarachtigheid, oprechtheid en puur-heid zijn geen afzonderlijke waarden die vanuit een soort doctrine zijn ontstaan, maar noodzakelijkheden om die verbinding zuiver te laten werken.

Nu, dat zijn dingen die de Oude Chinesen 2000 jaar geleden gewoon nog niet wisten, en dus ook niet konden duiden of "uitleggen". De Chinese Astrologie heeft zich trou-wens ook meer prakties in de Chinese tijdsrekening en kalendertijd, en shamanisties met 12 Totemdieren ontwikkeld; gegijzeld als ze was door het feit dat de Planeten waren "voorbehouden" voor de keizerlijke familie, heeft de Chinese astrologie nooit in staat geweest om de welbepaalde hemelse energie van een bepaald moment, weergegeven door de standen van de Planeten en de aspekten die ze met elkaar ma-ken, te duiden. Observaties die in ANDERE kulturen inzichten bracht over de ana-logie van de opkomst van een bepaalde Planeet aan de horizon, en bepaalde gebeur-tenissen op Aarde. Of met bepaalde karaktertrekken van mensen die op dat bepaald moment geboren waren.De verbinding tussen de Hemelse en Aardse realiteit of orde.
Wat wel werd geduid, maar niet in verband gebracht met Tao en het Vuur,was het berijden van de draak; een hachelijke zaak want "te paard" op de scharnier tus-sen leven en dood. Het zoeken om in het oog van de orkaan te staan, de enige plaats van essentiële rust. Dat heeft de Zen nadien verder ontwikkeld als de Zen van het boogschieten: het exakte moment vinden om één te zijn met de aktie. Dit geldt ook voor andere aktiviteiten: de zen van het kuisen van tempel-trappen en ander karweien (Shaolin monniken), van het motorrijden (een bestseller in de six-ties), van het broodjes smeren (de film "Diva"), .......
                               Yin-Yang (het aspekt van Relaties)

Het koppel Yin-Yang maakt de grote en "onbevatbare" Levensstroom of Tao zicht-baar en begrijpbaar. Als complementaire krachten kunnen ze niet zonder elkaar en komen ze steeds in een variabele en veranderlijke kombinatie voor. Verande-ringen die men kan waarnemen en ervaren als grote en kleine cycli en wederkerende schommelingen in de wereld, natuur en mens. Het mooie en unieke daarvan, is, dat men erin geslaagd is daarmee een dualiteit uit te drukken (van één komt twee), maar ook tegelijk een dynamiese relatie. Vergelijk dat met het flauw afkooksel wat daarvan het "moderne Non-dualisme heeft gemaakt: een statiese "verplichting" van in een eenzijdige en kunstmatige "eenheid" te moeten leven en denken. Neen hoor, bedankt! Het fameuze relativeringsvermogen van het Taoïsme vindt HIERIN zijn wortels, en niét in de Wu Wei. Het feit van steeds in een relatie te staan, maakt dat men zich voortdurend moet aanpassen en bijsturen. Als surfer op de golven of als koorddanser in de lucht, moet men voortdurend zijn middelpunt her -vinden, om de veranderingen op te vangen en staande te blijven. Dit geeft flexibi-liteit en wendbaarheid: het vermogen om met alle mogelijke veranderingen om te springen.

Om tijdig met veranderingen te kunnen omgaan, is het nodig om die te tijdig te kunnen opmerken, te registreren en te herkennen. Men moet er zijn aandacht op kunnen zetten. Aandacht voor anderen hebben, houdt een bereidheid in tot samen-spraak en samenwerking. Kunnen praten, dia-logeren en tot kompromissen, over -eenkomsten of een vergelijk te kunnen komen, zijn belangrijke eigenschappen om een goede wisselwerking of relatie te hebben. Een goede balans in het leven hebben, betekent in de praktijk een goed evenwicht verzorgen tussen aktiviteit en rust, tussen spanning en ontspanning. Dit allemaal kunnen "lezen", duiden en coördineren, vindt plaats als mentale aandacht en denken: de samenwerking tussen het Linkerhersenhelft- en Rechterhersenhelft-werking. Dat zal misschien ver-bazen, omdat het Taoïsme en Boeddhisme ervoor bekend staan de cerebrale benade-ring niet voor te staan: stop met denken! Voor het Taoïsme klopt dit vanuit het Vuur-aspekt (Tao) en het Water-aspekt (Wu Wei), maar dus NIET vanuit het Yin-Yang (Metaal-aspekt). Precies daarom is hetnoodzakelijk de verschillende aspekten van het Taoïsme te belichten: om te kunnen nuanceren, en niet te veralgemenen.

Men kan verder opmerken dat het besef dat er steeds TWEE kanten aan elk levens-fenomeen zijn, beter leert omgaan met ALLE levensfacetten en -problemen. Positief en negatief zijn als de spreekwoordelijke zijden van één munt. Het leven houdt niet alleen leuke en aangename dingen in, maar ook onaangename en vervelende. Het leven brengt niet alleen geschenken aan, maar ook problemen en leringen. En men mag aarzelen en twijfelen als men voor een tweesprong of een tweestrijd staat, maar men mag daarin niet blijven "hangen": vroeg of laat zal men het touw moeten doorhakken (Metaal!) en een keuze moeten maken. De yin-yang -dynamiek maakt maw duidelijk dat het Taoïsme niet voor vrijblijvendheid pleit, zoals zoveel Westerlingen dat menen erin te kunnen ontwaren: men is zelf verantwoordelijk voor de fouten die men maakt en de korrekties die men moet uitvoeren om terug in ba-lans te komen met zichzelf. WEDERKERIGHEID is hierbij een belangrijke methode om te beseffen, dat ten eerste niemand op een eiland woont; en ten tweede, dat men niemand moet aandoen, wat men niet zelf wil aangedaan worden.