Art 8
Gezonde verhoudingen
RUBRIEK: Maatschappijkritiek    Geplaatst op 20 april 2009

Wat in bizarre tijden leven we toch: bankiers, die geen meer geld hebben; arbeiders die niet meer kunnen arbeiden omdat er geen werk meer is; leraren die geen les meer kunnen geven omdat ze teveel moeten vergaderen en paperassen invullen; politici die geen beleid meer kunnen uitstippelen, omdat "de krisis" bepáált wat er moet gedaan worden; rechters en komissarissen die zelf de wet niet meer naleven; landbouwers die niet meer kunnen boeren omdat er geen voldoende land meer is, of de kool het sop niet meer waard is; uitgevers die geen tijd meer hebben om te lezen; en zo kunnen we nog een tijdje doorgaan.

Men kan dit gegeven vanuit enkele, verschillende invalshoeken benaderen. De eerste is: dit getuigt van een chronies gebrek aan konsekwentie of integriteit; de "edele pricipes" zijn van toepassing op ANDEREN, en niet op zichzelf. Anderen de broeks-riem laten dichttrekken bijvoorbeeld, maar zélf geen financiëel verlies of nadeel willen ondervinden. De tweede invalshoek, is er één van hypocrisie of : iemand gaat ervoor moeten opdraaien, maar niet IK. "De krisis" is een stok achter de deur om a-sociale maatregelen te nemen en een konservatiever regime te installeren. In deze optiek wijst men voortdurend naar het toenemend geweld in de maatschappij, en op de teruglopende verdraagzaamheid, maar heel wat maatregelen worden tegenwoor-dig door de overheden van bovenaf zonder inspraak opgedrongen. En hebt u al de laatste tijd "genoten" van een avondje televisie-kijken: alle films en reeksen schijnen tegenwoordig over seriemoordenaars te moeten gaan, en de rest wordt opgevuld met quiz's en sport.Vraagt de vox populi "brood en spelen" ? Geef hen vermaak en maak hen afhankelijk met konsumptie, en ze blijven "braaf" en "rustig". Terwijl de pedago-gen betogen houden voor meer solidariteit tussen de mensen, drijft "het systeem" de burgers meer en meer in een onderbewust isolement, omdat haar dat goed uitkomt. Bovenstaande kontradikties, illustreren deze dubbelzinnige aanpak.

Er is tenslotte nog een derde invalshoek om dit probleem te belichten: dat, van niet meer in een ECHTE, gezonde relatie te staan met wat men doet. Dat is deels het gevolg van deze problematiek, en deels het symptoom ervan. De " natuurlijke", DIREKTE manier om met "het ding" in relatie te staan, geraakt zoek, of is zoek. Het gaat hem bvb niet langer om wat men zegt of doet, maar om hoe men het brengt. Het gaat hem niet meer om de intrinsieke kwaliteit of waarde van een produkt, maar om de manier waarop het aan de man wordt gebracht door reclame en marketting. Of het gaat hem er niet meer om dat je goed en deskundig werk aflevert, maar om de mate waarin je hot bent doordat je persoon of je aktiviteit in de "aktualiteit" komt te staan. Op die manier wisselen tendensen en personen zich bliksemsnel op, volgens de volgorde waarop ze "in the picture" verschijnen. De "massamensen" doen mij daarbij denken aan kippen in een ren: als men hen iets toewerpt, snellen die ook met z'n allen naar dat ene "hapje", en onmiddellijk daarna naar het tweede, enzovoort.......

En last but not least: het gaat hem er niet meer om wie men is, maar om hoe men "eruit ziet". Die oppervlakkigheid geraakt meer en meer ingeworteld in alle geledingen van onze maatschappij: meer en meer gaat het hem om wat ik "de kleine regeltjes" noem. In plaats van "regels" als grote waarden-dynamieken te beschou-wen om tot overeenkomsten te kunnen komen ("de geest"), gebruikt men ze om van alles en nog wat letterlijk naar de vorm te reglementeren. Hierdoor LIJKT de vorm een afzonderlijke finaliteit te bezitten: er goed uitzien, een goed voorkomen hebben, en ga zo maar door.....Men pompt uren werk in dat uiterlijke, terwijl het innerlijke meer en meer in de verdrukking komt te staan of wegkwijnt.

De schade die dat berokkent is enorm, omdat de gezonde relatie vorm-inhoud op alle bestaansniveau's uit elkaar getrokken wordt. Iedereen wil bvb een mooi, "aan-trekkelijk" lichaam hebben (en behouden), maar men is zich minder en minder be-wust van wat er zich in dat lichaam afspeelt: men staart zich blind op de "carosserie", en "vergeet" dat dát niet de auto doet rijden. De meeste mensen hebben dan ook geen juiste of goede relatie met hun lichamelijkheid in het algemeen, met hun lichaam in het bijzonder, en met hun lichaamsfunkties in het specifiek. Op emotioneel vlak merk ik op dat zelfs vrouwen meer en meer een slechte relatie met hun emotionali-teit hebben. Niet zozeer in de zin dat zij zouden "vervreemd" zijn van hun gevoelens, maar wel in de zin dat zij met hun emoties niet meer overweg kunnen. En hiermee bedoel ik dan weer niet: verdringen en "beheersen" zoals in het Victoriaanse tijdvak. De slinger is thans naar het andere uiterste geslagen: de moeilijkheid om naar emoties als signalen te luisteren, te interpreteren en om te gaan. Iedereen lijkt wel een puber geworden, niet meer in staat zijn emoties in goede banen te leiden. Als meer en meer mensen te prooi vallen aan hun emoties, komt dat omdat ze er geen goede relatie mee hebben: er niets over te zeggen hebben, is geen teken van een korrekte relatie en omgang ermee.

In het mentale zijn de dingen zo mogelijks nog onbespreekbaarder geworden. Mensen kletsen, praten, telefoneren, sms'sen en mailen wel enorm veel met elkaar, maar kommunikeren slechter en slechter met elkaar. Ze zien ook nergens goede voorbeelden van hoe het dan wel moet. Op tv en op clips wordt keer op keer het archetype van de passionele relatie bevestigd: mensen die om elkaar geven, maar niet met elkaar kunnen kommunikeren en omgaan. In de politiek ziet men politici met elkaar bekvechten: het zijn dovemansgesprekken omdat in de debatten niemand naar niemand luistert. En voor de rest worden op school, op straat, of op werk de relaties en omgang met elkaar " struktureel" geregeld. Omdat ook in de familie de dingen vaak onbesproken geregeld blijven, komen de problemen aan de oppervlakte bij de rechtstreekse kontakten van mens tot mens. Burenruzies bvb nemen een grote vaart omdat mensen simpelweg niet meer bereid zijn met elkaar te praten, en het eigenlijk ook niet "kunnen".